Zo heet een boek van Willem Frederik Hermans, berucht gelijkhebber.
Waar hij ronduit voor uit kwam, zijn de meesten van ons misschien wat voorzichtiger. Veel mensen zijn over het algemeen wat meer als ‘pleaser’ ingesteld.
Daar had Hermans minder of schijnbaar helemaal geen last van.
Maar als we eerlijk kijken naar onszelf komen ook wij vaak toch tot de conclusie: ik heb meestal gelijk. Al is het maar in mijn hoofd.
Een van de krachtigste hechtingen die we hebben, wordt wel gezegd, is de hechting aan ons gelijk. Soms meer dan aan ons geluk of zelfs ons leven! Vooral als het om religie gaat, investeren we behoorlijk in ons gelijk, dat wil zeggen: in mezelf.
Ook binnen het boeddhisme kom je dit trouwens tegen, laten we eerlijk zijn. Ik heb een voorkeur voor Zen; dat is zo gegaan en gegroeid. Een ander voelt zich meer thuis in Theravada. Zo gaat dat.
Maar zogauw ik ‘mijn’ richting ga zien als superieur aan andere stromingen binnen het boeddhisme, schiet ik in het risico van fundamentalisme; dat ligt ook in het boeddhisme om de hoek.
En dat terwijl ik elke dag de Hartsutra reciteer, die alle overtuigingen – ook de (Zen)boeddhistische – onderuit haalt als zijnde niet meer dan een concept!
Wel een mooi en behulpzaam concept, dat weer wel.
Goeie reden voor deze oefening van de week: elke keer als je merkt dat je in je gelijk gaat hangen, in een gesprek of in je hoofd: zie het, wees het gewaar en kijk wat er gebeurt.
Voel wat je aan het doen bent. Laat gaan en ontspan jezelf. 0Kijk of je de zaak weer open kunt gooien. Immers: je beperkt je bewustzijn en verkrampt, ook fysiek.
Zen en alle bijbehorende oefeningen gaan uiteindelijk over een open contact, een open houding: de fameuze ‘beginner’s mind’. En zo gauw je je gelijk wilt hebben én halen, schiet je in een vernauwd bewustzijn en daar gaat je openheid!
In Zentrum hebben we een les die heet: geluk of gelijk.
Aan ons de keuze.